Community interview 2004

rpthuiskijktking211 juni 2004 was voor deze dame een heugelijke dag. Ron Puyn alias Jack Lance kwam bij mij thuis! Dit naar aanleiding van het opstarten van de Jack Lance fanclub, en enkele zaken die we daarvoor wilden regelen. Hij had ook alle tijd voor een interview, bleef gezellig eten “shoarma, dat heb ik in geen tijden gegeten!” en koffie drinken. Ik kreeg het boek “Kinderen van de Duisternis” kado, een boek dat niet meer verkrijgbaar is. Ik mocht foto’s maken, en hij signeerde ook nog eens al zijn boeken voor me. Wat ben ik trots op die inscripties!!Het werd een supergezellige middag/avond en natuurlijk mogen alle andere fans hier alles over weten.

Na een kijkje bij mijn (grotere) Stephen King verzameling, en beiden onder het genot van een kopje koffie met sigaret stak ik van wal:

Co: Wanneer en waar ben je geboren?
RP: Ik ben op 5 januari 1967 in Broekhuizenvorst, gemeente Broekhuizen, een heel klein plaatsje in Limburg geboren. Vrij snel daarna verhuisden mijn ouders naar het dorp Velden, bij Venlo, waar ik tot mijn 18e jaar gewoond heb. Vervolgens heb ik drie jaar in Schotland gestudeerd, met tussendoor een opleiding journalistiek in Kampen. Daarna heb ik zeven jaar jaar in Venray gewoond en nu alweer een paar jaar in het dorp Well, dik tien kilometer van Venray.Co: Heb je broers of zussen,
RP: 1 broer uit 1972, geen zussenCo: Wat deden je ouders?
RP: Beiden waren harde werkers, en erg ondernemend. Mijn vader heeft jaren een bedrijf in staal gehad. Inmiddels heeft hij de zaak overgedaan aan mijn broer en mijzelf. Ik werk nog voor dit bedrijf, maar heb geen technische kennis, of diepgaande interesse in staal, maar ik denk strategisch mee voor dit bedrijf. Mijn moeder is kapster geweest, en heeft jaren hard gewerkt en achter de stoel gestaan.
Het ondernemerschap heb ik dan ook van geen vreemden.

Co: Wat is je burgerlijke status?
RP: Inmiddels weer een happy single. Een paar jaar samen geweest met een vriendin, maar die relatie is beëindigd. Geen kinderen, wel een kat Henkie genaamd. Zij is een zwarte Engelse korthaar van bijna 11 jaar oud en ik ben stapel gek op haar. Ik vind het zo best…

Co: Wanneer heb je je eerste echte verhaal geschreven en is deze gepubliceerd?
RP: Nou, het begint natuurlijk met korte verhaaltjes schrijven. Dat deed ik toen ik 6 jaar was.
Het ging altijd over het bovennatuurlijke. Er is wel een boekje uitgegeven later, in samenwerking met een organisatie de beginnende schrijvers helpt, maar dat ligt ergens diep achter in mijn kast en mag niemand meer zien, ook jij niet *lacht* Dat is echt heel erg…

Co: Wat is het eerst gepubliceerde verhaal geweest en in welk blad/boek?
RP: Dat was “De Engelensprong”. Het heeft nog bijna in de Playboy gestaan, in navolging van mijn grote voorbeeld Stephen King. Maar het verhaal moest zo worden ingekort dat de sjeu er vanaf ging dat dit verder niet is doorgegaan. Toen heb ik het verhaal opgestuurd naar Paravisie en die hebben het gepubliceerd. Inmiddels heb ik het verhaal herschreven en “Nachtogen” getiteld en het is er beter van geworden. Wat er nu staat aan boeken, daar kan ik helemaal achter staan.

FrpthuishoofdC: Jack Lance bekt lekkerder dan Ron Puyn zeg je in een interview. Hoe ben je tot dat pseudoniem gekomen? (waarom niet bijv. Kees Kaaskop)
RP: Lance is Engels voor lans, een mooi symbool van sword & sorcery, fantasy en magie, kortom, het fantastische. Het ding heeft ook de vorm van een pen; ik ben begonnen als free-lance tekstschrijver en journalist en al met al heb ik er precies 10 seconden over nagedacht om mijn bedrijf Lance communicatiebureau te noemen. Daarnaast heb ik nog een bedrijf dat Lancelot heet.

Co: Dan heb je vast ook een ronde tafel thuis?
RP: Inderdaad, maar zo had ik dat nog niet bekeken *lacht* Ik heb inderdaad een ronde tafel thuis…
Maar de naam Jack was er snel bij gevonden. En als iemand zich negatief uitlaat over Jack Lance kan ik altijd nog zeggen: Die man ken ik niet! *lacht*

Co: Is dat ook de reden dat je een pseudoniem hebt genomen?
RP: Nee, zeker niet, maar als je in een boekhandel bij de boeken staat ben je eerder geneigd te kijken naar een Engelse naam dan naar bijv. een Kees Kaaskop. Mijn boeken zijn dan ook in een buitenlandse setting. Ze vinden niet plaats in Nederland, maar krijgen door de buitenlandse setting ook net wat meer jeu.

Co: Ga je ook naar locaties op vakantie om de smaak van het land te proeven?
RP: Kan, ik ben ook wel op bepaalde plaatsen geweest. Maar er is voldoende informatie van internet te halen om de setting juist neer te zetten.

Co: Heb je speciale dingen nodig om te kunnen schrijven?
RP: Vroeger was ik een avondmens, en schreef ik tot ‘s nachts door. Maar als je ’s avonds schrijft heb je veel minder puf omdat je ook heel de dag gewerkt hebt. Daarom ben ik ’s morgens gaan schrijven. Dat doe ik op mijn kantoor, en hoop dan ook niet gestoord te worden maar dat lukt niet altijd. Om 6.30 uur begin ik daarmee. Ik zet een CD’tje op met new age achtige muziek, neem een bakkie koffie en een sigaret en ga ervoor zitten. Ik heb geen echte rituelen. Ik heb wel stilte nodig. Ik heb geleerd dat je de voorbereiding goed moet doen. Je moet weten waar een verhaal begint en waar het moet eindigen, en welke stappen je tussendoor wilt maken. Die vragen moet je van te voren beantwoorden.

Co: Wat vind je zelf het beste verhaal dat je hebt geschreven?
RP: Ik ben erg trots op boeken die er nu zijn. Over De Hellevanger heb ik een aantal jaar gedaan, en heb het ook zo vaak herschreven. Maar nu is het “af”.

Co: Wat is je drijfveer om te schrijven?
RP: Je wilt iets scheppen. Het zit erin en het moet eruit.

Co: Hoe kom je op het idee voor een verhaal?
RP: Voor “De Engelensprong” kwam ik op het idee toen ik voor de zoveelste keer dezelfde bocht maakte naar mijn bedrijf. Elke ochtend dezelfde weg rijdend bedacht ik dat het toch wel heel raar zou zijn als ik mijn eigen auto op mijn parkeerplaats zou zien staan. Heej.. dat was gelijk een idee. En ook het verhaal “Samantha”. Mijn tante had een reünie, en die mensen hadden elkaar 30 jaar niet gezien. Ze vertelde dat ze allemaal ouder waren geworden. Ik dacht toen: Logisch, je zou raar opkijken als iemand er nog net zo jong uit zag als 30 jaar geleden. En zo komen dat soort gedachten tot stand.
En het verhaal “Het Spoor” nog als voorbeeld. Dat verhaal heb ik, tot het fictie gedeelte dan, meegemaakt met mijn eigen vader. We reden daar, inderdaad in die bordeauxrode auto over een sneeuwspoor dat ook ophield. Daar stopt de werkelijkheid en wordt het fictie. We zijn ook echt van de weg geraakt, maar konden door sneeuw weg te scheppen en bladeren onder de wielen te doen wegkomen.

Co: Wat vond je vader van dat verhaal?
RP: Nou, hij vond het leuk tot daar waar de non-fictie ophield, en de fictie begon. Schrijven zien mijn ouders gewoon als “mijn ding”. Ze zijn nuchter opgevoed en kijken er dan ook nuchter tegenaan..

Co: In Ongelooflijk staat een verhaal wat je zelf hebt meegemaakt. Heb je meer verhalen geschreven over dingen die je zelf hebt meegemaakt?
RP: Door de interviews die ik vroeger heb gedaan met mensen kom je natuurlijk wel dichterbij, maar behalve het verhaal in Schotland—Grafschenners en moordenaars -, dat heel veel indruk op me maakte (ik was ook nog maar 19) niet echt op die manier meer, nee. Maar voor het waargebeurde verhaal “De Magische Sleutel” heb ik natuurlijk met Maurice gesproken, en met zijn ouders en met de paragnoste. Daardoor kom je wel dichterbij natuurlijk.

Co: Trek je je iets aan van goede of slechte recensies?
RP: Ik kijk of iemand gelijk heeft, valt er wat te verbeteren. Als het hout snijd dan probeer ik het positieve eruit te halen en er iets mee te doen. Maar ik lig niet wakker van slechte recensies hoor.

Co: Je wordt wel de Nederlandse Stephen King genoemd, hoe vind je dat?
RP: Geweldig natuurlijk. Hij is een groot voorbeeld voor mij en het is dan een enorm compliment als men mij in die richting vergelijkt.

Co: Ben je zelf ook een fan van Stephen King?
RP: Ja zeker, al jaren! Hij weet je altijd bij je lurven te grijpen en hij heeft een hele open manier van vertellen die me erg aanspreekt.

Co: Wat vind je Stephen Kings beste en slechtste boek?
RP: Hij heeft veel goede verhalen boeken geschreven, dat is duidelijk. Ik heb vooral veel waardering voor zijn vroegere verhalen. De Bachmanbooks vind ik wat minder. The Shining was geweldig, De Beproeving en Pet Sematary ook. Fris vernieuwend, vlot. Die schrijfstijl, geweldig! Hij spreekt tot je. Hij is een verteller en hij spreekt tot je. Dat kom ik bij niemand anders tegen. Natuurlijk heb ik ook wat trucjes van hem overgenomen, zoals spreken vanuit de gedachten van iemand, en met cursiefjes werken. Dat vind ik briljant van hem en geeft een betrokkenheid in het verhaal. Hij is ook de Michael Schumacher onder de schrijvers: niemand die met zoveel vaart schrijft als hij.
Ik heb wel het gevoel dat er na 30 jaar de puf er een beetje is uitgegaan. Het pakt wat minder, zoals bijvoorbeeld Dreamcatcher, alhoewel ik het wel uitlees.

Co: Heb je nog andere hobby’s dan schrijven? Heb je er nog wel tijd voor?
RP: Ik wandel graag een stukje, lezen natuurlijk, maar ik heb er weinig tijd voor. Pas de laatste jaren maak ik er wel tijd voor, want het laadt de batterij ook weer wat op. Het gevoel van “even niets hoeven”.

Co: Is er alweer een (lang) nieuw verhaal van Jack Lance in de maak?
RP: Ik heb nog ideeën voor 8 romans, (Co: kijkt zeer verblijd) ik weet alleen nog niet in welke volgorde ik ze ga schrijven. Er zit een serie bij van 3 boeken die meer in de fantasy zullen zijn. De andere boeken zijn horror/suspense. Op korte termijn zijn er nog even geen plannen. Eerst maar eens kijken of er publiek is voor de drie nieuwste boeken en deze aan de man te brengen. Maar de plots zitten al in mijn hoofd, ik hoef ze alleen nog maar “even” op te schrijven.

Co: Het lijkt me best moeilijk als je zoveel ideeën hebt, en een doener bent als jij, om ze niet allemaal achter elkaar op te willen schrijven? Ben je niet bang dat je een idee vergeet?
RP: Nee, de ideeen staan goed op papier, die raak ik niet kwijt (of mijn huis moet instorten). Juist alles tegelijk willen opschrijven is de grootste valkuil waar je kunt intrappen als schrijver. De reden dat De Hellevanger zo lang duurde was omdat ik 10 verhalen in mijn hoofd had zitten en die wil je dan allemaal in één verhaal duwen. Op een gegeven moment heb ik het eerste verhaal, een tweede verhaal enzovoorts eruit gehaald totdat er dat ene verhaal overbleef. Per keer kun je maar een verhaal vertellen. Eruit halen, er neerzetten en dat kan ook. 10 Ideeën in een verhaal is fnuikend. De plot van ‘Ik wil jou’, uit Nachtogen, dat jeukte aan alle kanten, maar ik heb gewacht en gewacht en er een apart verhaal van gemaakt. Dat stond toen ook binnen een week op papier. Dicipline en doorzettingsvermogen en geduld heb je echt nodig als schrijver. Dat is een van de sleutels om iets goed te doen.

Co: Wat wil je over 20 jaar hebben bereikt?
RP: Mensen om me heen hebben die me graag mogen, en andersom natuurlijk. Ik hoop dan een carrière opgebouwd te hebben die de titel Nederlandse Stephen King waardig is.

Co: Waarom is er nog geen verhaal van Jack Lance verfilmd?
RP: Dat heeft natuurlijk alles te maken met een moment dat je doorbreekt. Als je een succesvol schrijver bent zullen dat soort aanbiedingen misschien wel komen. Er is wel eens contact geweest hierover met een filmmaker, maar dat is verder niets geworden. Ik wacht wel af… er zijn momenteel nog geen plannen voor een verfilming, maar als er iemand is die er voor voelt is deze van harte welkom!

Co: Stel dat er iemand komt die een film zou willen maken? Welk verhaal zou je graag verfilmd zien?
RP: De Hellevanger natuurlijk, of Nachtogen. Ik zou het geweldig vinden, helemaal kicken als dat zou gebeuren, dan zou mijn grootste fantasie werkelijkheid worden… Je eigen hersenspinsels op het witte doek. Wow!

Co: Wie zou je in de hoofdrol willen voor die films?
RP: *denkt na* Ik heb iets met onafhankelijke vrouwen… In De Engelensprong / Nachtogen zou ik een type als Heather Locklear zien, en voor De Hellevanger denk ik aan een jonge Sandra Bullock.

Co: Waarom zijn je boeken in eigen productie uitgegeven?
RP: Toch weer dat stukje ondernemer in mij. Mijn eersteling, Kinderen van de Duisternis, werd uitgegeven door een grote uitgeverij: Strengholt. Maar het bleek dat zo’n grote uitgeverij weinig tijd heeft om een schrijver te promoten en te ondersteunen. Dat kan eigenlijk alleen als je dit zelf doet, dan kun je je boek goed op de markt brengen met alle aandacht die het verdient.

rpthuisserieusCo: Waar zijn je boeken behalve dan bij suspenseshop nog meer te koop?
RP: De boeken liggen bij een aantal boekhandels, o.a. BLZ, Libris en V&D

Co: Wat ga je doen met fans die via fansite.jacklance.nl contact zoeken?
RP: Die mail kan door worden gestuurd, en zal worden beantwoord natuurlijk. En natuurlijk zal ik voor de fanclub ook leuke aanbiedingen gaan samenstellen, net zoals ik doe voor de Stephen King Fanclub.

Co: Je bent ook aan de Stephen King Fanclub Nederland verbonden als sponsor. Wat zijn de plannen?
RP: De plannen zijn om leuke pakketten samen te gaan stellen. Het zal even duren voor dit is gerealiseerd want het vergt nogal wat voorbereiding, maar ik denk eraan om bijv. een boek van Jack Lance te combineren met een DVD of Original Sound Track van een film van Stephen King. Daarop kan dan een geweldige korting worden gegeven. Ik hoop dit zo rond augustus/september rond te hebben. Op die manier komen Jack Lance en Stephen King ook weer bij elkaar. De bedoeling is dat de koper van het pakket een keuze gaat krijgen uit een aantal DVD’s of OST’s. Momenteel ben ik druk om de regelingen hiervoor rond te krijgen.
Daarnaast ben ik voor 27 juni uitgenodigd om te komen signeren in hun kraam op de Haarlemse Boekenmarkt. Een prachtige kans om eens kennis te maken met de rest van de mensen achter de fanclub, die de laatste anderhalf jaar inderdaad net zo springlevend is als ze zeggen dat ‘ie is.

Co: Wat zijn websites die je zelf veel bezoekt?
RP: Behalve op mijn eigen sites suspensestory.com en suspenseshop,com, kijk ik natuurlijk ook op StephenKing.nl en sinds kort ook op Jacklance.nl. Ik zoek regelmatig naar suspenseachtige zaken voor suspensestory, en probeer op de hoogte te blijven. Verder zijn er niet echt specifieke sites.

Co: Wat zie jij voor verschil in het schrijven van Jack Lance en Ron Puyn?
RP: Natuurlijk is Ron Puyn non-fictie en Jack Lance is fictie. Ik ben van plan om me meer toe te leggen op het laaste genre en ook meer in de romans als in de korte verhalen.

Co: Welk boek ligt er op je nachtkastje?
RP: Het is een beetje druk daar, want er ligt een stapeltje boeken. Van Stephen King liggen er de Donkere Toren deel 4, 5 en 6, en straks ook deel 7. Er ligt nog een Dean Koontz, das ook een hele goeie.

Co: Geen eigen boeken op je kastje om te herlezen?
RP: Jawel, die ga ik ook nog een keer herlezen, puur om te kijken of er nog tikfouten in staan die in eventuele vervolgdruks eruit gehaald moeten worden.

Co: Waar heb je een absolute hekel aan?
RP: Bedriegers! Echte politici. Die vind je in alle rangen en standen, rijk en arm dat maakt allemaal niet uit. Mensen die zeggen dat ze iets doen maar dit niet doen. Mensen die je recht aan kijken maar je vervolgens belazeren…

Co: Waar hou je van?
RP: Eerlijke mensen!

Co: En qua eten en drinken: wat haat je en waar geniet je van?
RP: Ik haat andijvie, witlof dat soort glibberige groenten. *lacht* Ik houd van shoarma, chinees, frietje. Ik kook ook zelf: meestal pasta of bamischotel en dat soort dingen, of gewoon de Hollandse aardappelenpot, maar daar zit weinig suspense in. *lacht*

Co: Volgens mij heb je een hele mooie auto?
RP: Ja, een hele mooie, als Anglofiel rijdt ik natuurlijk in een Rover. Hij is groen/blauw. Ik probeer nog jaarlijks naar Engeland of Schotland terug te gaan. Ik wil er eigenlijk een cottage kopen, me drie maanden opsluiten om een boek te schrijven, en dan weer terug te komen naar Nederland.

Co: Ter afsluiting: Heb je een motto?
RP: Twee zelfs: “Waar een wil is, is een weg” en “Gaat niet, bestaat niet”.

rpthuissigneert2
Ron Puyn/Jack Lance 11/06/2004

Hij beloofd nog om me op de hoogte te houden van alle nieuwtjes zodat deze op de website kunnen worden verwerkt.

Vervolgens mag ik foto’s maken en signeert hij al mijn boeken. Geweldig! Het is een soort verhaal geworden, verdeeld over de 5 boeken die ik nu heb, waarin hij titels terug laat komen van Stephen King boeken.

Van het oudste naar het nieuwste boek signeert hij:

“Beste Chrissy,
We zijn beiden Regelaars

Het bouwen van de Jack Lance Fanclubsite is voor jou een nieuwe Beproeving…

…Ik ben daarin geen Spelbreker

…We vinden de fanclub beide een Noodzaak

…Want ik heb dromen, jij vangt ze. Je bent een geweldige Dromenvanger. En ik ben je daar dankbaar voor!”

En ik ben Ron reuze dankbaar voor de openhartigheid en gezelligheid en alle tijd die hij genomen heeft om kennis te maken. Dan vertrekt hij, om een rit van anderhalf uur te maken om weer thuis te komen… een nog grotere fan achterlatend dan hij in eerste instantie al aantrof.

Dit interview is ook gebruikt voor publicatie in Pure Fantasy!
Pure Fantasy extra april pagina 2
Pure Fantasy extra april pagina 3

 

Share